Al rouwende leert men
In aanloop naar die alles veranderende datum kan ik niet anders dan nadenken over het ervoor en erna. Leven in het nu, we doen niet anders sinds 30 juli 2015. De dag die jouw leven beëindigde en ons leven voor altijd veranderde.
De dag die, als ik eerlijk ben, het leven ook minder leuk maakte.
Ja, het is nog steeds minder leuk.
Er zijn heus wel leuke momenten. Maar die zijn minder leuk omdat ik ze niet met jou kan delen. Er zijn nare gebeurtenissen, die nog vervelender aanvoelen omdat ik ze niet met jou kan delen. Er zijn trotse momenten, waarvan ik vind dat jij er absoluut bij had moeten zijn. Er zijn kutklusmomenten. Ja ik noem ze gewoon zo. En die duren maanden. Net als vroeger omdat jij het voor je uitschoof omdat je geen zin had doe ik dat nu omdat ik er geen geld voor heb.
Sinds jouw overlijden heb ik kennis gemaakt met de drie musketiers; verlies, acceptatie en het oordeel over de definitie, ook wel perceptie genoemd.
Verlies
Bij een spelletje kennen we spreuken als:
Je verlies nemen.
Tegen je verlies kunnen.
Een goed verliezer zijn.
Iets meer diepgang vind je in uitdrukkingen als:
Verlies is niets dan verandering – Marcus Aurelius.
Het verlies van de schaamte is het eerste teken van geesteszwakte – Sigmund Freud
Als ik ben wat ik heb en ik verlies alles wat ik heb, wie ben ik dan? – Erich Fromm
Geen kans krijgen om alles te missen beschouw je ook als een verlies – Piet Sterckx
Maar geen van allen omschrijven ze het verlies na de dood van je geliefde.
Dat is geen spelletje. Het valt ook niet plat te filosoferen. Je voelt het. Elke dag. Bij het wakker worden zie je die lege plek. Als je naar bed gaat zie je ‘m weer. En je mist ook de minder leuke dingen. Ik zou er wat voor over hebben om weer wakker te liggen van je gesnurk of weer te mopperen omdat jij altijd mijn kookgereedschap opruimde terwijl ik nog aan de kook was – “Ach dan kan je even koken van woede Bar”.
Grrr…wat mis ik dat!
Acceptatie
Boeken vol zijn er geschreven over ‘leren accepteren’. Meestal wordt dan bedoeld dat je dingen ‘los moet laten’. En je ‘niet druk moet maken over dingen die je niet kunt veranderen’. En ja, zo dacht ik er ook over.
Tot 47 maanden geleden. Want de acceptatie van jouw dood als gegeven was er vrij snel Tjebbe. Eigenlijk al die middag, toen ik je in de ambulance een kus op je kale kop gaf voordat je naar boven werd gereden. Je zag er vredig uit. En nog geen uur daarvoor was dat wel even anders. Je strijd heb ik gezien. Dat beeld gaat nooit meer van mijn netvlies. Maar de rust die daarna over je heen kwam ook. En gelukkig staat dat óók in mijn geheugen gegrift.
Ik heb geaccepteerd dat jij dood bent gegaan. Dat jouw leven gestopt is. Hoewel het nog lang niet had moeten gebeuren en het gruwelijk oneerlijk is weet ik dat het ook onomkeerbaar is.
Perceptie
Waar ik soms last van heb is het verschil in perceptie over de definitie van acceptatie.
Voor sommigen geldt dat zij vinden dat ik jouw dood pas écht geaccepteerd heb als zij zien dat ik ‘er over heen ben’. Als ik ‘weer normaal doe’. Als ik ‘weer de oude ben’. Volgens hen dan hè?
Maar hoe kan iemand van je verwachten dat je dezelfde bent of weer wordt na dit verlies. Hoe kunnen ze denken dat ik zonder jou dezelfde ben. Er is een deel van mij vertrokken toen jij ging. We zaten aan elkaar verankerd met onze ziel. We deelden een geschiedenis en wilden ook nog een toekomst samen delen. Dat was het plan. Ons plan. En statistisch gezien kwam het ons ook gewoon nog toe. Maar de werkelijkheid heeft daar een vette streep doorheen getrokken.
Vandaag sprak ik het verschil in perceptie uit in een appje.
En nu ik het teruglees denk ik dat het precies verwoordt wat ik bedoel:
Als acceptatie van de dood betekent dat gemis en verdriet er niet meer is dan is er bij mij nooit sprake van acceptatie.
Als acceptatie betekent dat ik de dood heb geaccepteerd en het verdriet en gemis er van mij mogen zijn als omgekeerd evenredig bewijs van mijn liefde dan heb ik het geaccepteerd.
Overigens is de titel van deze blog ook ter nagedachtenis aan jou.
Ik geef die benaming nu aan deze drie termen maar jij gaf ‘m aan ons; aan Julia, mij en jou. Dé reden dat je naar Auch wilde. De stad van d’Artagnan. En laat dat nu precies zijn wat we de dag voordat we jou verloren nog hebben gedaan. Wat ben ik daar dankbaar voor. Tu me manques Tjebbe!