Geboortedag


img_6836

 

Vandaag is het jouw geboortedag lieve Tjebbe.

Een dag die ik, net als alle andere dagen, niet meer met jou kan delen.

Op 26 september 1967 landde jij als heel klein mannetje in de liefdevolle armen van je moeder.

Je vader liep niet lang daarna naar de telefooncel om hun wederzijdse ouders te vertellen dat ze Opa en Oma waren geworden.

Wij waren het er samen altijd over eens, 1967 is een heel goed bouwjaar!

In datzelfde jaar landde ik ietsje eerder in de armen van mijn moeder, vijf maanden eerder om precies te zijn.

Een blijvende reden voor plagerijen, “ik heb een oudere vrouw”. Dat plagen hield helaas op. Jij en ik worden in getal nooit meer dezelfde leeftijd. In getal ben ik nu al twee jaar ouder…

Vorig jaar ging dit aan mij voorbij. Toen leefde ik nog in de roes van de eerste shock.

Nu komt het besef; jouw verjaardag is geen verjaardag meer, want verjaren doe je niet. Je blijft voor altijd 47.

img_5700

Op de avond voor je verjaardag kan ik je geen ‘plaagcadeautje’ meer geven. Geen extra dikke kus op de ochtend van je verjaardag met je échte cadeau. Geen ‘Lang zal die leven’ meer zingen. Geen taart meer voor je bakken. Niet samen boodschappen doen om jouw verjaardag met vrienden te vieren, bij voorkeur met zalmsalade gemaakt van zelfgerookte zalm. Niet meer met z’n drietjes uit eten.

Ons plan om samen onze 50e verjaardag te vieren in juni 2017, precies tussen onze beide verjaardagen in zit er ook niet meer in. Geen borrel en BBQ bij een strandtent met vrienden op een zonnige dag. Zo zagen wij het voor ons. Dat beeld, dat idee, dat plan is weggevaagd, net als de rest van onze gezamenlijke toekomst.
Ja ik moet me gelukkig prijzen dat ik het waarschijnlijk wel ga halen. En dus vinden mensen dat ik dat juist wél moet vieren. Ze hebben misschien wel gelijk. Ik heb tenslotte dit jaar tegen Juul gezegd dat we ons leven ‘voor twee’ moeten gaan leven, omdat wij dat aan jou verplicht zijn.
Maar een feestje voor mezelf organiseren, daar vind ik geen zak aan. En daarnaast heb ik de financiën er niet eens meer voor.  Bah, ook dit wordt nu net als al die andere plannen van ons nooit meer werkelijkheid.

Toch doen we ook dit jaar weer een poging om deze dag te vieren, voor jou.
We gaan vanavond wèl uit eten, met jouw ouders.
En we heffen óók het glas.
Op jou, je leven, je liefde, onze liefde voor jou, ons gemis aan jou.

We hebben ook cadeautjes gekocht.
Een poster met jouw favoriete bloemen voor op de schutting. En die heb ik al gemonteerd ook – oefening baart kunst.
Voor mij kocht ik de ring die jij mij vorig jaar beloofde als toekomstig verjaardagscadeau en een armband en CD voor Julia.
Zo proberen we het leven, jouw leven én dat van ons, toch een beetje te vieren.


Een hele dikke kus voor jou, we blazen hem naar boven.
Ik mis je Tjebbe, more than you will ever know….

 

 

 

 
Beantwoorden
Doorsturen

Good mourning versus good morning

img_6937
Good morning =  okay
Good mourning = not ?

Deze korte vergelijking in het Engels is de beste manier om aan te geven welk gevoel ik soms krijg. Dit gevoel wordt vaak ingegeven door het gedrag of opmerkingen van anderen.

Toegegeven, (non-verbale) communicatie komt van twee kanten. Dus het is ook hoe ik een opmerking of stilte van de ander ontvang en opvat.
De ruime mate van flexibiliteit die hierin van mij wordt verwacht vind ik soms wel wat onterecht.
Want hoe vaak heb ik al niet gehoord “Ah joh, maar dat was vast niet zo naar bedoeld”.  Of “Misschien is het voor hen ook wel heel moeilijk om met jullie verdriet om te gaan”.

Maar goed, daarover heb ik al vaak genoeg geschreven. Het ís ook moeilijk om met verdriet om te gaan. Verrekte moeilijk. Daar hebben Juul en ik tenslotte al bijna 14 maanden ervaring mee. En na die 14 maanden wordt het ook echt nog niet minder. Want het is pas 14 maanden in plaats van al.

img_6936
En sommige mensen zullen het ook best goed bedoelen. Maar bij een opmerking als “Ik snap je verdriet, maar het kan altijd erger” kan ik me inmiddels niet meer inhouden. En dien ik diegene van repliek. Op een nette manier, met een vraag. “Wat is in jouw ogen dan nóg erger?” of “Waarom zeg je dit?”

Het is niet als start van een discussie bedoeld. Meer als mogelijkheid voor de gesprekspartner om te herformuleren na even te hebben nagedacht.

Een aantal rare bijwerkingen van diep verdriet:

Vrienden <-> kennissen
Door de dood van mijn lief en vader van onze dochter is niet alleen ons hele leven overhoop gehaald maar dat geldt ook de vrienden- en kennissenkring. Vrienden trekken zich terug uit ons leven en verdwijnen daarmee naar de kennissenkring. Gelukkig zoeken anderen juist (nog) wel toenadering en tonen daarmee hun ware vriendschap.

Rouwtijd kent geen maximum
Na een jaar moet het met het verdriet wel langzaam over zijn…daarna je verdriet nog openlijk uiten wordt door sommigen als ‘erin blijven hangen’ betiteld. En dat terwijl je juist zo je stinkende best doet om overeind te blijven, doorzet, doorgaat en het altijd alles alleen je inmiddels zó verschrikkelijk opbreekt. Hulp krijgen we wel, als we erom vragen. Maar het gepieker over van alles (financiële situatie, gezondheid, planning, werk, studie, toekomst, klussen in huis, etc….) doe je toch echt alleen.

Speciale dagen

Op speciale dagen hoor je van de meesten niets meer terwijl je het juist op die dagen extra zwaar hebt. Dan koester je die ene kaart van die vriendin op afstand en dat Appje. Maar vooral de mensen die persoonlijk langskomen om je te vertellen dat zij aan Tjebbe én ons denken op die dag. Dat ze überhaupt hebben onthouden dat het Tjebbe’s verjaardag is, onze trouwdag, Juuls verjaardag of die van mij.

Condoleren hoeft niet meer?
Ook een apart fenomeen; mensen die je na het overlijden nu pas tegenkomt. En die je dan vragen of het klopt wat ze gehoord hebben. “Dus Tjebbe is echt dood?” wordt dan vervolgd met “Oh dan had ik het dus wel goed begrepen”. Waarna condoleren uitblijft en zij hun weg vervolgen. Mij in verbijstering en verdrietig achterlatend.

Hoe social is ‘social media’?
Berichten op social media waarin je je verdriet uit worden inmiddels door de meesten genegeerd. Berichten over ‘leuke’ zaken zoals uitjes, foto’s van aankopen, afgeronde klussen en huisdieren krijgen daarentegen wel likes. Ik vermoed dat het voor anderen inderdaad te confronterend is, het verdriet. Maar hé, het verdriet bestaat voor mij nog elke dag. Bij het wakker worden, bij het naar bed gaan en elke seconde daartussenin heb ik te dealen met een enorme leegte en groot gat in mijn hart. Dus mijn Facebook is daar een afspiegeling van. Bij mij is het daarom niet alleen maar een Feestboek. Ik vind het dan ook hartverwarmend en fijn als er inderdaad ook bij verdrietige berichten blijk gegeven wordt van het feit dat we op social media zitten.

Verdriet hoeft niet begrepen te worden. Dat kan ook niet.
Maar als je in en met je verdriet wordt erkend dan is dat heel fijn.


Ik blijf me uiten.
Ik schroom niet om de blije momenten én mijn verdriet te delen.
Persoonlijk tijdens een gesprek, in mijn Blogs en op Facebook.
Ik kijk inmiddels ook heel voorzichtig wel weer een klein beetje vooruit.
Naar een nieuwe toekomst.
Want de toekomst die ik voor ogen had is weggevaagd, samen met mijn lief.In die nieuwe nog te vormen toekomst neem ik toch ook echt mijn lief mee.
Mijn herinneringen aan hem.
Mijn herinneringen aan ons.
Onze gezamenlijke waarden.
Eén daarvan was om er altijd voor een ander te zijn.
In goede en in slechte tijden.

Ik hoop dat vrienden zich dit ook nog herinneren van Tjebbe.
Juul en ik zullen hieraan vast blijven houden.En hopen dat wij ons ook aan anderen kunnen blijven vasthouden.

Zelfs nu het verdriet van ons om het verlies van Tjebbe bij anderen meer op de achtergrond lijkt te gaan raken.

Om hulp vragen – hoe moeilijk kan het zijn?

Onderstaand plaatje over compassie en ‘geven en ontvangen’ kreeg ik vandaag via een Amerikaanse vriendin.

img_6679

In goed Nederlands kom je voor hetzelfde onderwerp uit bij gezegdes als: ‘Wat je zaait zul je oogsten’ en ‘Wie goed doet goed ontmoet’.

In de praktijk van een ongewild alleenstaande geldt:
‘Je mag me altijd bellen’.
‘Als ik ook maar íets voor je kan doen…gewoon een gil geven he?’

En dat is nou juist zo lastig….bellen….vragen….

Omdat je als je er écht doorheen zit niet kúnt bellen.
Omdat je weet hoe druk iedereen het heeft.
Omdat je je al zo afhankelijk voelt.
Omdat je geen ‘zeur’ wilt zijn.
Omdat je niet altijd aan dezelfde mensen om hulp wilt vragen.  Omdat sommige dingen opkomen als poepen, onverwacht – ongewenst – ongelegen. Voor jouzelf én degene bij wie je om hulp zou kunnen vragen.

En, heel eerlijk, omdat je ook telkens een beetje ontmoedigd raakt als je nul op het request krijgt.En dat gebeurt. Soms doordat het antwoord nee is terwijl je op dat moment echt met je handen in het haar zit en soms omdat je zelfs helemaal geen antwoord krijgt.

Recent zei iemand het prettig te vinden als ik aangeef waar ik zélf behoefte aan heb, zodat het vragen niet nodig is. Daar heb ik wel even over na moeten denken. Want dan heb je het eigenlijk over verwachtingen. En die liggen vaak langs je eigen ‘lat’.

Ik ben een gever, een pleaser, een gezelligheidsdier, een verzorger.
Tjebbe was dat ook. Hij stond al klaar om te klussen voordat iemand erom gevraagd had. Ik onthoud alle memorabele data, verjaardagen, trouwdagen, werkjubilea en sterfdata. En stuur daarvoor, heel ouderwets, een kaartje.
Tjebbe en ik zorg(d)en graag voor anderen. Zagen/zie een behoefte vaak al voordat die is geuït. Waar mijn behoefte ligt is dus eigenlijk best simpel – dat iemand ook af en toe eens voor mij en Julia zorgt. Net als Tjebbe vroeger. Dat mensen de voor ons lastige data niet vergeten.

Waarbij ik me gelijk ook weer schuldig voel omdat ik vind dat ik zelf het afgelopen jaar volgens mijn eigen maatstaven niet sociaal genoeg ben geweest. Ik heb het soms afgedaan met een Appje of mailtje in plaats van een kaartje. Ben niet langsgegaan maar heb bloemen laten bezorgen. Dat dit wordt ingegeven door drukte, stress door rauwe rouw, paniekaanvallen en de sterk veranderde financiële omstandigheden vind ik heel lastig om eerlijk te vertellen.

Het zou zó fijn zijn als mensen zouden zeggen:
‘Volgende week/maand heb ik een dag de tijd voor jullie, wat kan ik dan doen in of aan je huis?’
‘Joh je loopt jezelf volgens mij nu echt voorbij, heb je zin om een keer samen met Juul aan te schuiven met eten?’
‘Heb je gezien dat *film/toneelvoorstelling/concert* eraan komt, heb je zin om mee te gaan?’
‘Binnenkort is het Tjebbe’s verjaardag, is het weer Kerst, is het jullie trouwdag, Oudjaar, Juuls verjaardag, volgend jaar word je 50…..wil je dan iets doen en kan ik dan iets voor jullie doen?’

Kortom, wat verlichting in het AAA – altijd alles alleen. Aandacht, samen eten, praten, herinneren, een kaartje, een onverwachte aanloop of uitnodiging. Het zijn juist de persoonlijke dingen die je er doorheen slepen op de vele ***momenten die rouw met zich meebrengt.

Ik vond het fijn dat het eens zo aan me gevraagd werd.
Want dat maakt dat je zelf ook eens nadenkt over hoe je alles tot nu toe maar steeds zelf hebt gedaan en hoe zwaar dat eigenlijk was. En dat dit, naar buiten toe, misschien overkomt als ‘zij redden het wel’ en ‘wat zijn ze sterk’ terwijl de werkelijkheid anders is. Ik loop op mijn tenen en aan mezelf voorbij. Elke tegenslag, hoe klein ook in de ogen van anderen, moet je opvangen terwijl je nog midden in de naweeën zit van de vorige.

Geen zieligdoenerij, geen verwijten naar anderen, gewoon een opsomming van hoe het er aan toe gaat. Voor mij eigenlijk ook wel eens confronterend om zo op te schrijven en terug te lezen. En misschien ook wel goed. Mezelf een spiegel voorhouden. Want het was en is soms echt even teveel. En ik moet blijven vragen omdat ik sommige dingen niet zelf of alleen kan. En ik mag soms mijn teleurstelling uiten. Niks mis met je kwetsbaarheid tonen en eerlijk zijn. Hoe pijnlijk dat soms ook is.

img_6680
Deze blog biedt wel gelijk een mogelijkheid om mijn dankbaarheid te uiten naar de kleine groep lieve mensen om ons heen die het afgelopen jaar zo lief voor ons zijn geweest en dat nog steeds zijn. Want zij zijn de lieverds die het iets minder zwaar maakten door hun attenties, zorgzaamheid, vriendschap, interesse, praktische steun en liefdevolle opvang op de ergste dagen.

Dikke kus!

Parallelle werelden

Er is het ziekenhuis – binnen.

image

En de ‘normale’ wereld – buiten.

In het ziekenhuis, binnen, staat de zorg voorop.
Zorg voor en zorg om degene die je het allerliefste is.
Daar binnen staat de tijd stil.
Daar binnen gaat het om de kern van ons bestaan.

Buiten gaat alles gewoon door.
Gaat iedereen zijn weg en heeft het druk met zijn eigen besognes.
Buiten zijn andere afspraken de drijfveer voor gehaast en daarmee onze zorgen bijzaak.

En ik beweeg me steeds snel tussen dat binnen en buiten.
Die dagelijkse overgang van intensiteit naar oppervlakkigheid valt me nu weer zo enorm op.

Soms komt de oppervlakkigheid even binnen in het binnen.
Gehaaste vragen, geen of korte en incomplete antwoorden, praten zonder oprechte interesse.

Soms ervaar je ‘de kern’ en intensiteit onverwacht buiten.
Dat laatste is een waar cadeau.

Maar manoevreren tussen de parallelle werelden maakt extreem moe. En verwart me.
Net als vorig jaar.

De kern van ‘binnen’ is het allerbelangrijkste.
Velen zien dit (nog) niet.