Zilver met een rouwrand

2020 is een bijzonder jaar.
Voor iedereen.

Ik durf te wedden dat niemand zich op 31 december 2019, bij het proosten op een gelukkig nieuwjaar, kon voorstellen waar we in dit jaar mee te maken zouden krijgen.
Net zo min als wij dat deden in 2014. Toen we samen, als gezin, buiten met de buren proostten op een gelukkig nieuwjaar en appjes stuurden naar vrienden en kennissen.

2020 gaat de geschiedenisboeken in als het jaar van de pandemie.
Het jaar waarin mensen noodgedwongen afstand van elkaar moesten leren houden. Het jaar waarin veel mensen hun baan of onderneming verloren. Of hun gezondheid. Door Covid, zoals ik, of door andere aandoeningen met een extra lange wachttijd omdat het aan ruimte ontbrak in (de planning van de) ziekenhuizen.

2020, het jaar waarin minder kon en mocht.
Het jaar waarin velen zich (nog) eenzamer voelden.

2020 maakte dat veel mensen zich realiseerden wat gemis inhoudt.
Gemis van werk, gemis aan leuke dingen doen, gemis aan contact, gemis van het leven dat je gewend was.

2020 is een beladen jaar.
Met regelmaat hoorde ik mensen klagen over het feit dat ze het zwaar vonden. Dat het saai was zo alleen met z’n tweetjes of als gezin thuis.
Dat ze baalden omdat ze niet met vakantie konden. Dat het allemaal zo tegenzat. Dat ze het hélemaal zat waren. Zo af en toe dacht ik daar het mijne van.

In juli 2020 was het vijf jaar geleden dat we jou verloren.
Een jubileum wat ik nog lang niet had willen meemaken.

In 2020 is het vijfentwintig jaar geleden dat we onze liefde bezegelden.
Nadat de ringen werden uitgewisseld, ten overstaan van familie, vrienden en collega’s gingen we naar die voor ons zo bijzondere plek.
Dat landgoed waar wij altijd heen gingen als er wat te bespreken viel.
Moois en moeilijks hebben we daar ‘bewandeld’.
De dag voor ons huwelijk, op 2e Kerstdag, had het gesneeuwd.
Je lachte me uit omdat ik niet stil kon blijven staan, maar satijnen schoenen en kousen onder de jurk zijn nou niet echt sneeuwproof.
Een jubileum wat ik dolgraag met jou had willen vieren. Wat ook gewoon nog gevierd had moeten worden. Het mag niet zo zijn.

Een zilveren huwelijk. Ik voel me nog steeds in de echt met jou verbonden.
Maar wat doe ik op deze dag, zonder jou?
Naar het Luxor voor een mooie voorstelling kan helaas niet, gecanceld i.v.m. de nog steeds geldende beperkingen door corona.
Uit eten met onze dochter en proosten op de 24 jaar die wij wél samen hadden zit er vermoedelijk ook niet in.

Wat dan wel…
Het is een worsteling, letterlijk en figuurlijk.

Ik zie hierdoor, net als in het eerste jaar, op tegen december.
2020 is een jaar geworden waarin ik je nóg meer gemist heb en mis dan in de vier jaar hiervoor.
Tu me manques

Jubileum

Een dag van betekenis – al (pas) vijf jaar
De betekenis in de Van Dale:
ju·bi·l
e·um (hetomeervoud: jubileumsjubilea)
feest ter herinnering aan het feit dat iets een rond aantal jaren geleden gebeurd is

Dat van die herinnering klopt.
Dat van het ronde aantal jaren vind ik al wat minder logisch, maar ik heb altijd iets raars gehad met getallen en een oneven getal vind ik daarom niet ‘rond’.
Over dat ‘feest’-gedeelte kan ik kort zijn. Ik vind dit nou niet perse iets om een feestje voor te geven. 


Voor ons betekent 30 juli 2015 het ontstaan van een ervoor en erna.
Ervoor toen alles nog goed was, erna vanaf het moment dat de wereld – onze wereld – op zijn grondvesten schudde. Ervoor toen we heerlijk ongedwongen onze vakantie vierden als God in Frankrijk, erna toen we vanaf het terras familie en vrienden moesten informeren. Ervoor toen we 25 jaar heel erg gelukkig waren samen, erna toen er tijden aanbraken van shock, ontreddering, regelen, vertwijfeling, verandering en ongewenste aanpassing. Ervoor toen we nog samen klusten, vrienden bezochten en ontvingen, langs de lijn stonden, erna toen ook dat allemaal veranderde.

Het fenomeen tijd
Voor de buitenwacht is het al vijf jaar. Voor mij meestal ook maar soms ineens klapt het weer binnen en voelt het toch even weer als een shock, als de dag van gisteren. Dan zie ik alles weer als een film aan me voorbij trekken. Een hele slechte film ook nog. Want die beelden van jou op dat pad heb ik dan weliswaar beter onder controle en de nachtmerries zijn misschien verleden tijd maar de beelden zijn niet weg, verre van dat zelfs, en ze gaan ook nooit meer van mijn netvlies.


In die tijd, in die vijf jaar, is er enorm veel gebeurd. Ik realiseerde me dat het leven per definitie niet loopt zoals gepland. Natuurlijk weet iedereen dat. Maar als je de liefde van je leven verliest – ook nog eens veel te jong – dan is dat toch wel echt de ultieme realitycheck op dit gebied. En daarna leek het maar niet op te houden. De ene na de andere dreun volgde. Wie ons kent weet waar ik het over heb. En sta me toe dat ik die bespiegelingen maar liever even laat voor wat ze zijn.

Een nieuw normaal
Een term die voor ons al geldt vanaf die ene dag is tegenwoordig helemaal hip and happening. Gekaapt door politici als ze het hebben over de coronamaatregelen. Om nog maar eens zo’n niet geplande en onverwachte reeks van gebeurtenissen te benoemen als bewijs van het feit dat het leven – ons aller leven – totaal onvoorspelbaar is.
En ineens hoor ik veel mensen om ons heen praten over het onverwachte, het ongewenste, het alleen zijn, het eenzaam voelen. Voor mij niet eens zo’n heel erg nieuw normaal. Want bij ons zijn voorheen al contacten veranderd, avonden – dagen – weken alleen doorgebracht, is vakantie al een tijd geen optie. Of dat positief is weet ik niet maar het vergt voor mij in elk geval minder aanpassing – ‘elk nadeel heb zijn voordeel’ (Cruijff).

De dag
Iedereen die nabestaat kent het. De aanloop naar ‘de dag’. Inmiddels weet ik hoe dat voor mij verloopt. Dit is tenslotte de vierde keer dat hij voorbij komt. Ik ben een doener, vooral omdat ik dan niet hoef te denken. Als ik op de bank zou gaan zitten met een boek dan ga ik naar de keuken voor koffie en zie vanuit mijn ooghoek ‘toevallig’ op de ovenklok hoe laat het is – … vijf jaar geleden zaten we nu samen met cappuccino aan de picknicktafel van Latapie….
Als ik op de laptop een serie zou gaan kijken dan hou ik onbewust de tijd rechts onderin het scherm in de gaten. Om die tijd in de middag langzaam te zien naderen. Dat is voor mij absoluut geen helpende modus. Dus gaan we op pad. Je dochter en ik. De dag zit strak volgepland.

Niet zozeer omdat wij dit zelf zo bedacht hebben maar omdat je nu door de coronamaatregelen alles moet plannen en reserveren.
Gelukkig kan jouw regelteef dat als geen ander… ik zie je daar boven op die wolk breeduit grijnzen.

Wolken

Dit jubileum is dan weliswaar geen feestelijke gelegenheid maar we heffen de 30e absoluut ons glas op jou. Dankbaar voor het feit dat ik je heb gekend, dat we ongelofelijk genoten in de fijne jaren die we samen hadden met een lieve en prachtige dochter en dankbaar voor wie je was en blijft – de állerleukste en liefste vent die ik me ooit kon wensen.

Ik vermoed dat ik in het komende jaar met één dag bijzonder veel moeite ga hebben. Onze trouwdag op 27 december.

Omdat ik zeker weet dat jij – naast de liefste ook de meest nuchtere man die ik ken – absoluut iets verrassends zou hebben gedaan.
Of dat romantisch zou zijn geweest betwijfel ik maar waar ik het moeilijk mee heb is dat ik dat nu nooit meer zal weten. Een dag waarvan ik niet weet hoe ik die het beste tot zijn recht kan laten komen in mijn eentje. Om met jou te spreken ‘Wie dan leeft…’
Tja…

Tu me manques Tjebbe, je bent én blijft Une belle histoire

 

 

 

Nabestaan tijdens corona

Het is 9 maart. We hebben een training voor het werk. In Utrecht. Er wordt door een enkeling wat lacherig tegen me gedaan als ik meld dat ik geen handen schud. Die avond is er een mededeling van de overheid op tv waarin Rutte aangeeft dat het Covid-19 virus ook ons land raakt en dat het niet meer de bedoeling is dat we elkaar de hand schudden. Mijn besluit van die ochtend, ingegeven door een onderbuikgevoel, blijkt dus helemaal zo gek nog niet.

Ik voel even een golf van angst in mijn lijf. Wat komt er nu weer op ons af. Dit keer op ons allemaal. Ik slaap niet lekker maar ga de volgende ochtend met frisse moed naar mijn werk. Het is druk. We zitten nog maar drie weken verwijderd van ons jaarlijkse congres. En ook daarover is nu twijfel. We hebben een week ervoor een verzekering afgesloten, op aanraden van de locatiemanager. Het lacherige gevoel wat we daarbij in eerste instantie nog hadden daarover is inmiddels ook wel weggeëbd. We zien de beelden en horen verslagen uit Italië. China was nog een ver van mijn bed show. Italië is verre van ver weg, sterker nog – dat voelt als om de hoek.

Het is 12 maart. We horen dat er die middag een persconferentie komt. Dat kan nooit veel goeds betekenen. Het duurt en duurt maar uiteindelijk is het zover en komt het hoge woord eruit. Bijeenkomsten voor meer dan 100 personen kunnen geen doorgang vinden.
Er wordt aangeraden, voor zover mogelijk, om vanuit huis te werken en om zoveel mogelijk binnen te blijven. Voor scholieren geldt hetzelfde. Thuisblijven.

Die dag werk ik tot het begin van de avond door. Dingen moeten in gang worden gezet, nou ja – eigenlijk moeten we op zoek naar een alternatieve datum en voor nu alles annuleren. Hoe gaan we dit doen, hoe gaan we het communiceren en waar zijn we aan toe…het spookt in mijn hoofd, het spookt in de wereld.

90594700_4212475272111270_5050666512558325760_n

De volgende ochtend, na weer een rare nacht waarin ik tot twee keer toe dacht ‘als ik wakker word is dit gewoon een slechte droom geweest’, is het vrijdag. De dag waarop ik normaal gesproken vrij ben. Nu even niet. Het geregel is nog niet klaar. Maar ik beperk het. Iets maakt dat ik een disbalans voel. Ik bevind me – opnieuw – in een surrealistische wereld.
Ik heb dit eerder gevoeld. Alsof ik bewoog in een niemandsland. Een omgeving die ik niet kende. Die ik niet wilde. Waarvoor ik mijn kind wil behoeden. Ik word teruggeslingerd naar 4,5 jaar terug. Toen voelde het net zo. Niet echt. Onwerkelijk. Onze dochter heeft zich er voor nu bij neergelegd. Niet alleen figuurlijk. Zij slaapt uit. Ondertussen start ik mijn laptop op, zorg voor een kop koffie en ga aan de slag. Onze katten vinden niet echt iets van de situatie. Zij (be)rusten, net als altijd. Catfulness pur sang.

De berichten worden grimmiger. De maatregelen strikter. Niet iedereen is ervan doordrongen dat het écht noodzakelijk is je aan deze maatregelen te houden. In het eerste weekend stromen de stranden, parken en bossen vol met dagjesmensen die als mieren op een hoop krioelen. Juul en ik willen ook een frisse neus halen maar na de beelden op zaterdag besluiten wij om zondag vroeg op pad te gaan naar een locatie die veelal rustig is.

90861544_4208602289165235_7107197098419814400_n

Een speciale locatie. Waar Tjebbe en ik onze trouwfoto’s hebben gemaakt, waar we menige wandeling maakten als er een belangrijk besluit moest worden genomen, bij tegenslagen en bij vreugde. En nu wandel ik daar met ons kind, over het landgoed en over die ene brug waarop het interview werd afgenomen voor Bakkie Troost waarin ik vol warmte vertelde over ons leven samen, onze liefde. Waar de dood zo’n rücksichtlose streep doorheen heeft gehaald. Wat is het er stil en vredig. We komen drie stellen tegen, horen een specht tegen de boom kloppen, zien vorst op de bladeren aan de grond.

Weer thuis is het tijd voor koffie. Een spelletje Monopoly en ga ik verder met de legpuzzel die ik eerder kocht – met dank aan ons kind die mij herinnerde aan de puzzelplank met koffer. Zij duikt op de bank met een game.

We houden vol maar het is gek om niet te weten hoe lang dit allemaal gaat duren. Geen grip hebben op een situatie. Angst voelen voor ons kind die bij een ‘risicogroep’ hoort. Bizar. Het is en blijft bizar.

Ik plaats elke dag een bericht op Facebook voor humor en positiviteit. Leuk om te merken dat dit aanslaat en dat meer mensen daar behoefte aan lijken te hebben. Ik koop nog een legpuzzel en boeken. Geen idee hoe lang dit allemaal gaat duren. Dan kun je als tegenhanger voor de onzekerheid en spanning maar beter iets ontspannends in huis hebben.

Ik slaap onrustig. Ik droom over jou. In die droom praten we over de situatie. Bij het wakker worden realiseer ik me weer dat ook die situatie niet klopt. Jij bent er niet meer. Er valt niets meer samen te bespreken. Samen is niet meer. Dat weet ik. Dat heb ik geaccepteerd. Ik moet wel. Maar jemig wat voel ik me nu bij vlagen weer intens verdrietig, alleen en wanhopig. En ook intens dankbaar voor ons kind, die gezond en wel op de bank zit. De onzekerheid over studie en examenjaar is heel naar. De sleur van het thuis werken went niet. Maar ik probeer een nieuw ritme te vinden. ’s Ochtends voor het werk gewoon douchen, aankleden en sinds deze week ook even wandelen voor het werk. Omdat frisse lucht en beweging goed doet en ik dat het liefste doe op een rustig moment, als er nog niet veel mensen op straat zijn. Om de risico’s zo laag mogelijk te houden.

Ik heb een hekel aan boodschappen doen. Altijd al gehad maar nu helemaal. Vooral door anderen die hun schouders lijken op te halen voor enig risico. Die daarmee niet alleen zichzelf maar ook anderen willens en wetens in gevaar brengen. Dus die boodschappen doe ik bij kleinere supermarkten op een zo vroeg mogelijk tijdstip. Bij thuiskomst boen ik mijn handen met grote precisie. Zodanig dat ze schraal worden, dat er kloofjes ontstaan. Handcrème is my new best friend.

De angst zal niet weggaan. Eenmaal verloren hebbend wil je juist alles uit het leven halen. Maar dan wel met de personen die je na staan. Waar je zielsveel van houdt. Die er nog zijn. Waaronder onze allerliefste dochter. Voor haar vecht ik, schrob ik mijn handen schraal. Haar koester ik en heb ik oneindig lief.

Ik huil in gedachten om degenen die het niet gered hebben. Om degenen die het niet zullen redden en hun dierbaren.
Nabestaan wens ik niemand toe. Het is zwaar. Vooral nu.

Heb elkaar lief. Blijf positief. Ook en misschien wel juist als dat moeite kost.
En….you’ve got a friend in me.
Liefs!

 

De drie musketiers

Al rouwende leert men
In aanloop naar die alles veranderende datum kan ik niet anders dan nadenken over het ervoor en erna. Leven in het nu, we doen niet anders sinds 30 juli 2015. De dag die jouw leven beëindigde en ons leven voor altijd veranderde.

De dag die, als ik eerlijk ben, het leven ook minder leuk maakte.
Ja, het is nog steeds minder leuk.
Er zijn heus wel leuke momenten. Maar die zijn minder leuk omdat ik ze niet met jou kan delen. Er zijn nare gebeurtenissen, die nog vervelender aanvoelen omdat ik ze niet met jou kan delen. Er zijn trotse momenten, waarvan ik vind dat jij er absoluut bij had moeten zijn. Er zijn kutklusmomenten. Ja ik noem ze gewoon zo. En die duren maanden. Net als vroeger omdat jij het voor je uitschoof omdat je geen zin had doe ik dat nu omdat ik er geen geld voor heb.

Sinds jouw overlijden heb ik kennis gemaakt met de drie musketiers; verlies, acceptatie en het oordeel over de definitie, ook wel perceptie genoemd.

Verlies
not-ludo-1745964_640
Bij een spelletje kennen we spreuken als:
Je verlies nemen.
Tegen je verlies kunnen.
Een goed verliezer zijn.

 

Iets meer diepgang vind je in uitdrukkingen als:
Verlies is niets dan verandering – Marcus Aurelius.
Het verlies van de schaamte is het eerste teken van geesteszwakte – Sigmund Freud
Als ik ben wat ik heb en ik verlies alles wat ik heb, wie ben ik dan? – Erich Fromm
Geen kans krijgen om alles te missen beschouw je ook als een verlies – Piet Sterckx

Maar geen van allen omschrijven ze het verlies na de dood van je geliefde.
Dat is geen spelletje. Het valt ook niet plat te filosoferen. Je voelt het. Elke dag. Bij het wakker worden zie je die lege plek. Als je naar bed gaat zie je ‘m weer. En je mist ook de minder leuke dingen. Ik zou er wat voor over hebben om weer wakker te liggen van je gesnurk of weer te mopperen omdat jij altijd mijn kookgereedschap opruimde terwijl ik nog aan de kook was – “Ach dan kan je even koken van woede Bar”.
Grrr…wat mis ik dat!

Acceptatie

Boeken vol zijn er geschreven over ‘leren accepteren’. Meestal wordt dan bedoeld dat je dingen ‘los moet laten’. En je ‘niet druk moet maken over dingen die je niet kunt veranderen’. En ja, zo dacht ik er ook over.

Tot 47 maanden geleden. Want de acceptatie van jouw dood als gegeven was er vrij snel Tjebbe. Eigenlijk al die middag, toen ik je in de ambulance een kus op je kale kop gaf voordat je naar boven werd gereden. Je zag er vredig uit. En nog geen uur daarvoor was dat wel even anders. Je strijd heb ik gezien. Dat beeld gaat nooit meer van mijn netvlies. Maar de rust die daarna over je heen kwam ook. En gelukkig staat dat óók in mijn geheugen gegrift.
Ik heb geaccepteerd dat jij dood bent gegaan. Dat jouw leven gestopt is. Hoewel het nog lang niet had moeten gebeuren en het gruwelijk oneerlijk is weet ik dat het ook onomkeerbaar is.

Perceptie
Waar ik soms last van heb is het verschil in perceptie over de definitie van acceptatie.
Voor sommigen geldt dat zij vinden dat ik jouw dood pas écht geaccepteerd heb als zij zien dat ik ‘er over heen ben’. Als ik ‘weer normaal doe’. Als ik ‘weer de oude ben’. Volgens hen dan hè?

Maar hoe kan iemand van je verwachten dat je dezelfde bent of weer wordt na dit verlies. Hoe kunnen ze denken dat ik zonder jou dezelfde ben. Er is een deel van mij vertrokken toen jij ging. We zaten aan elkaar verankerd met onze ziel. We deelden een geschiedenis en wilden ook nog een toekomst samen delen. Dat was het plan. Ons plan. En statistisch gezien kwam het ons ook gewoon nog toe. Maar de werkelijkheid heeft daar een vette streep doorheen getrokken.

Vandaag sprak ik het verschil in perceptie uit in een appje.
En nu ik het teruglees denk ik dat het precies verwoordt wat ik bedoel:

Als acceptatie van de dood betekent dat gemis en verdriet er niet meer is dan is er bij mij nooit sprake van acceptatie.

Als acceptatie betekent dat ik de dood heb geaccepteerd en het verdriet en gemis er van mij mogen zijn als omgekeerd evenredig bewijs van mijn liefde dan heb ik het geaccepteerd.

Overigens is de titel van deze blog ook ter nagedachtenis aan jou.
Ik geef die benaming nu aan deze drie termen maar jij gaf ‘m aan ons; aan Julia, mij en jou. Dé reden dat je naar Auch wilde. De stad van d’Artagnan. En laat dat nu precies zijn wat we de dag voordat we jou verloren nog hebben gedaan. Wat ben ik daar dankbaar voor. Tu me manques Tjebbe!

 

 

 

You don’t bring me flowers anymore

25 jaar dagelijks samen optrekken (min een paar dagen door zakenreis of ziekenhuis).
23 jaar samenwonen.
19 jaar en 7 maanden getrouwd.

In de periode dat we allang verliefd op elkaar waren maar het nog niet toegaven gebruikte je elk excuus om een bos bloemen voor me te regelen.
Pols gebroken? Bloemist voor de deur met een prachtige bos champagnekleurige rozen.
Ziekenhuisbezoek? Bij thuiskomst een boeket aan de deurknop.
Verkouden….ja zelfs dán had ik een vaas met prachtige exemplaren in huis dankzij jou.

Je vroeg me jaren later ten huwelijk. Ik dacht dat je een grapje maakte en schoot in de lach. Om direct door te hebben dat ik het mis had. Een week later liet ik door jouw vaste bloemenkoerier een bos met 50 rode rozen op je werk bezorgen. Op het kaartje alleen een heel groot vraagteken. Je belde naar mijn werk, werd naar mij doorverbonden, zei alleen ‘Ja!’ en hing op. Ik liep de rest van de dag op wolken en ’s avonds had je een romantisch diner voor mij klaarstaan bij thuiskomst.

Op onze trouwdag droeg ik een boeket met champagnekleurige rozen en diezelfde rozen in mijn opgestoken haar.

Je kwam er achter wat mijn favoriete bloem was – de pioenroos.
En vanaf dat moment bewoog je hemel en aarde om, op zware momenten in ons leven, met een bos pioenen thuis te komen. Niet altijd makkelijk maar voor jou ook nooit onmogelijk.

Inmiddels ben ik drie keer jarig geweest zonder jou.
Heb ik vier keer onze trouwdag doorgebracht zonder jou.
Zijn er na jouw overlijden al ontelbaar veel momenten geweest waarop ik zéker weet dat jij mij bloemen had gebracht.
Wat zou ik graag nog één keer zo’n bos krijgen….

pioenen

Het derde jaar

DA45B7B3-679A-405B-BD37-F6CFF2D912C6

Er is een vóór en er is een ná.
Een langer vóór 30 juli 2015 en een korter ná 30 juli 2015.
Gelukkig maar. Want dan hebben we langer van je mogen genieten dan dat we je kwijt zijn. Nog wel. En wat ben ik vooral dankbaar dat dit ook voor Juul geldt.
Dat zij jou écht heeft mogen leren kennen. Dat zij weet welke goede en minder goede eigenschappen ze van jou (en mij) heeft.
Dat ze weet, net als ik, dat je zielsveel van haar hield.

En toch….de klok tikt genadeloos door. Het is vandaag Quatorze Juillet. De dag die wij altijd mee vierden met de Fransen. Soms in een dorpje, vaker voor onze eigen tent of op het terras van Latapie. Ons thuis van huis. De plek waar Juul zomers lang opgroeide.
De plek waar wij op onze ‘terugreis’ in 2016 een beetje van jou achterlieten in een zonnebloemveld langs jouw favoriete mountainbikeroute.

 

Een jaar, wat is nou een jaar
Tijd, het is alleen maar tijd. Net als de twee jaar hiervoor dat we jou moesten missen vliegt die tijd wel voorbij. Terwijl ik die soms juist zo graag zou terugdraaien. Helaas hebben we die mogelijkheid niet. En in dit afgelopen jaar is er ook weer zo ontzettend veel gebeurd. Dingen die jij niet meemaakte, dingen waarbij jij niet kon helpen, dingen die we je niet konden vertellen.

Leuke dingen zoals een concert van Robbie in de Goffert. Sweet memories aan dat park en ook sweet memories aan het concert in de arena toen we net 40 waren.
5B1D0315-DD00-4C88-8347-666DB9A7542A

Leuke films, concerten en theaterstukken. Het houdt ons op de been om die dingen te hebben om naar uit te kijken.

Ook dingen die niet hadden moeten gebeuren….zoals onze verhuizing. Wat deed het zeer, letterlijk en figuurlijk, om dat huis op- en leeg te ruimen. Jouw gereedschap te verkopen.

Mensen sjouwden spullen de deur uit onder het mom ‘daar heb je straks toch niets meer aan’ en ik liet het gebeuren. Ik was het overzicht kwijt en ik had de fut niet om er tegenin te gaan. Het is goed zo. Ik hoop dat men er vooral heel happy mee is en elke keer dat ze het ter hand nemen aan jou zullen denken. Erover zullen nadenken waaróm zij het nu hebben. Dan levert het nog iets op.

Dingen die ik met je had willen delen. Zoals momenten tijdens de citytrip van Juul en mij naar Londen. Cadeau gegeven door lieve vrienden voor mijn 50e verjaardag.

 

Terwijl die trip niet eens gemaakt zou zijn als jij er nog was geweest want dan hadden we samen gewoon volgens plan onze 50-jarige verjaardagen in juni op het strand gevierd.

Het verlies van twee lieverds in november en december.
Onze allerliefste Buster die stierf aan – vermoedelijk – gif wat hij buiten in een onbewaakt ogenblik had opgelikt.  Dagenlang opgenomen in de spoedkliniek en voorzien van TLC, het mocht niet baten. Onze lieve, trouwe, stronteigenwijze en door iedereen zo geliefde terriër kon de strijd niet winnen. Wat ben ik blij met het warme contact wat er nog steeds is met zijn fokker. Lieve mensen zijn schaars, dus daar ben ik dankbaar voor.
BCDD5055-BF1C-43A9-88BD-BD8FA86CCD4B

En toen hadden we de euvele moed om ons te herpakken in december. En haalden een Kerstengeltje in huis, Olly. Onze lompe, onhandige maar oh zo lieve en speelse vriend van net 10 weken. Wat een bolletje vreugde. Het leek allemaal betrouwbaar. We hadden zo zorgvuldig nagevraagd en uitgezocht. En we hoopten zó op een fijne Kerst samen met deze wollige haarbal.
Omdat Kerst voor ons niet meer zo fijn was als voorheen. En we ons nu in de vakantie volledig konden focussen op dit lieve wurm. Wat was hij grappig, knuffelig en liefdevol.
B9474A61-8951-4D47-BAEB-8830136BFB6C

Helaas, ook nu sloeg het noodlot toe. Binnen negen dagen moesten we, na een intensief en heel verdrietig traject, ook afscheid nemen van deze lieverd. We zijn waarschijnlijk beduveld. Maar Olly zelf nog wel het meeste. En dat doet pijn. Wie neemt nou mensen die hun ziel en zaligheid blootleggen in de maling. En wie doet dit een pup aan. Onmenselijk. Ongelofelijk. Ontroostbaar. Het was ons koud om het hart.
En het weer deed met ons mee…het was koud en wit buiten.

33FACD48-0D9C-4A17-901D-7A4246FB7B57

We hebben twee dagen alleen maar in bed doorgebracht. Lang leve Netflix en lang leve de band tussen Juul en mij. De enige uitzondering was Oud en Nieuw. Toen moesten we op pad. Op Oudjaarsdag hadden we een afspraak bij het crematorium en haalden we Olly naar huis. In een urn. Hij staat naast Buster. We kochten een mooie kaarshouder voor tussen hun urnen in. Wat een droevige aanblik.

Alsof dat nog niet genoeg was gingen we ook met een klap het nieuwe jaar in.
Juul kreeg op een Nieuwjaarsfeestje een lichtarmatuur op haar hoofd.
Dat werd een rit SEH, diagnose hersenschudding. Die binnen een aantal weken werd opgeschaald van lichte naar zware hersenschudding en uiteindelijk hersenkneuzing. Haar verjaardagsfeest werd daardoor opgeschort. Ze vierde het vrijdags met vriendinnen met taart. en zondags samen met wat van onze vrienden met taart en een borrel.

F334798A-FC14-4FB1-8F69-49EA956992EF

Ik kwam tijdelijk thuis te zitten. Lastig maar ook heel hard nodig. De voorgaande periode eiste zijn tol. Dankbaar voor een begripvolle werkgever die mij/ons steunt en begrijpt. Verbijsterd over sommige reacties van anderen die geen idee blijken te hebben dat ‘het’ er ook na twee jaar nog voor kan zorgen dat je omver geworpen wordt. Met coaching en mindfulness kwam ik redelijk snel weer overeind en leerde betere keuzes maken. Keuzes die goed zijn voor mij en voor Juul. Die niet altijd begrepen worden. Maar die ik nu, zonder angst voor eventuele (voor)oordelen van anderen, wel durf te maken. Want wij moeten verder, op onze manier en zo comfortabel mogelijk.

Je zult je wel rot lachen daarboven lieverd. Want een aantal van die keuzes had jij al lang gemaakt. En je steunde mij om dit ook te gaan durven.  Mijn rots in de branding, mijn lief, mijn steun en toeverlaat.

 

Jij, de rust zelve. Maar ook jij met je onzekerheden, je verdriet en je stress. Soms deed je het jezelf aan maar vaak genoeg werd het door anderen veroorzaakt. Dat vind ik nog steeds heel lastig. Een aantal mensen leeft vrolijk verder zonder te erkennen wat hun rol in jouw stress was. Misschien zien ze dat ook echt niet. Gelukkig heb je nog 2,5 week van een mooie vakantie kunnen genieten. Dat biedt me soms nog wat troost.

We hebben door de verhuizing ook jouw kleding moeten opruimen. Een deel ging naar een goed doel. Een deel hebben wij laten verwerken in prachtige herinneringsobjecten.

 

Julia is ondanks al haar noeste arbeid en inzet op 0,1 punt net niet geslaagd.
Maar wat een kanjer heb jij op deze aardbol gezet (samen met mij, mag ik ook een deel van die ‘veer’ schat). Want een knokker is het, net als wij. Ze gaat ervoor en zit nu in de vakantie keihard te werken om het pak aan opdrachten voor haar vervolgopleiding af te krijgen en ter voorbereiding op wéér een toets… Zodat ze in september kan instromen in het tweede jaar en zo toch versneld op weg kan naar haar droomopleiding. Wat ben ik trots en ik weet zeker dat jij dat ook bent!

Wiebelig
Ik voel me al een paar dagen wiebelig. Er is niet veel nodig om me uit balans te krijgen. Eerst heb ik niet zo goed door waar dat aan ligt. Maar dan schrijf ik een zakelijke brief en voer de datum in en ineens snap ik het.

We kruipen weer langzaam naar de datum toe.
De datum van de dag waarop alles anders werd.

Waarna het nooit meer wordt zoals het was. Waarna de toekomst niet meer kan worden zoals we hoopten en hadden bedacht.
De dag waarop jij stierf.
De dag waarop wij achterbleven.
De dag waarop ons verdriet begon.
De dag waarop ook drie jaar later dat verdriet er nog is.
De dag die voor veel mensen ongemerkt voorbij zal glijden.
De dag die wij nooit zullen vergeten.

En daarna die tijd van ‘niemandsland’. Tussen jouw sterven en het definitieve afscheid. Waarop wij jou alsnog naar huis begeleidden. Hoewel het een heel ander huis was dan we hadden gewild. Op slippers en in korte broek/jurk. Zoals afgesproken als het in de zomer zou gebeuren… Helaas hield jij je ook nu weer aan de afspraak.

 

Now you’re Home

Dit jaar zijn we, heel bewust, niet thuis op deze lastige dag.
We maken er wat moois van samen.
We zien de tijd heus wel voorbij tikken die dag.
En tussen één en drie zal het ook weer zwaar zijn.
Maar ik zal proberen dan met een glimlach aan je te denken in plaats van met een traan.
En wie bij jouw graf langs gaat kan zich spiegelen aan wie jij was.
Een oprechte, eerlijke en betrouwbare man. Met liefde voor zijn twee vrouwen.
En die liefde, eerlijkheid en betrouwbaarheid houden wij met z’n tweetjes in ere!

6596DF3C-1DC4-48F5-AA34-CD9798368305

De overgang

Het is de week van de overgang
Lieve help dacht ik vanmorgen toen ik dit las.

Bij andere zaken vind ik de dag die ze ervoor gereserveerd hebben al meer dan genoeg en soms zelfs schromelijk overdreven. Vaak ook in het leven geroepen uit commercieel oogpunt. Zoals Moederdag, Vaderdag, Valentijn of, ja ook die, internationale weduwendag.
Maar goed, even terug naar deze week van de overgang. Ja, een hele week….
Waar zijn de folders van AH met korting op wijn en chocola?
Waarom heeft Blokker geen actie uitgeroepen met ventilatoren, ijsemmers en meer feestvreugdeverhogende artikelen?
Korting op maandverband hoeft tenslotte niet meer.
En een verwarmingskussen zullen we ook niet zo snel meer aanschaffen.

Zonder gekheid. Er zijn vrouwen die heel veel last hebben van de overgang en er onder gebukt gaan. Dat varieert dan van wat mildere fysieke ongemakken tot compleet verstoorde psychische gemoedstoestand met diep donkere perioden.
Dat wil ik zeker niet bagatelliseren. Natuurlijk moet daar een lans voor worden gebroken en moet er informatie beschikbaar zijn. Mocht je interesse hebben vind je die hier

weekvandeovergangZelf merk ik ook wel wat verandering.
Het zweet breekt me regelmatig uit.
En helaas niet allen ’s nachts maar ook gewoon ‘fijn’ tijdens een wandeling, een theaterbezoek of in de rij bij de supermarkt.

Genant? Neuh.
Ik kan er tenslotte niks aan doen.

Ongemakkelijk is het wel.

Het is ook allemaal wel gewichtig, letterlijk.
De kilo’s zijn eraan gevlogen de afgelopen jaren. Nu zou ik dat best enkel aan de overgang willen toeschrijven maar ik weet dat dit maar ten dele waar is. Beetje zelfreflectie en zelfkennis op zijn tijd kan geen kwaad. Dus dit dank ik ook aan medicatie en mijn manier om met emoties om te gaan…

Ik denk dat ik er qua overgangsklachten wel wat gemakkelijker in sta omdat ik flink wat  heftiger situaties heb meegemaakt. Kanker op mijn 25e en het overlijden van mijn lief in de zomer van 2015, zo kort geleden nog maar.

Hoe raar dat voor sommigen ook klinkt, in dit specifieke geval zie ik het voordeel van het eerder meemaken van angstaanjagende grote misère. Want een ernstige ziekte en de dood relativeren als een malle. Ik betrap mezelf erop dat ik vaak denk ‘dood is erger’.

Voor mij is de overgang letterlijk en figuurlijk hét moment om (nog) meer te gaan leven volgens mijn eigen fuck-it list. fuck-it-listNee, geen typefout, dit is mijn persoonlijke variant van andermans bucket-list. Die laatste vind ik namelijk onprettig omdat het vaak een lijst is met dingen die mensen ‘in de toekomst nog een keer willen doen’.
En inmiddels weet ik door eerder genoemde ervaringen dat die toekomst in één klap weg kan zijn. Of veranderd is.

Dingen doen die ik leuk vind, vooral als het even tegenzit, is naar mijn beleving echt de beste remedie. Bij rouw én in de overgang. Misschien is de overgang voor mij wel tweeledig. De fysieke overgang en de overgang van de diepste dalen van rouw naar af en toe wat pieken met meer levensvreugde liggen heel dicht bij elkaar.

Voor beiden geldt dat het af en toe een flinke worsteling met zich mee brengt.
Maar dat die worsteling vaak resulteert in groei, meer zelfkennis, waardevolle (nieuwe) contacten die uitmonden in warme vriendschappen. Leuke uitjes met lieve dochter of vriendinnen. Beginnen met zangles. Realiseren van besloten lotgenotengroepen op social media en een rouwcafé in onze gemeente. Beslissingen nemen die anderen niet begrijpen maar die voor mij wel het beste zijn. Focussen op de energiegevers in plaats van energievreters. Mezelf toestaan om pas op de plaats te maken. Rust te nemen en creëren, in situaties en ten aanzien van anderen.

Juist een borrel en etentje organiseren voor weduwen op die vermaledijde weduwendag op de 23e juni, dit jaar voor de derde keer. Omdat we maar beter iets leuks kunnen doen als de wereld even helemaal niet zo leuk is.

Op naar een bloeiende, veranderde maar evengoed mooie, toekomst.
Daar zet ik graag op in.

30725716_2379911338701015_7482595103662785520_n

“Je mag me altijd bellen”

Hoe vaak heb ik dat inmiddels gehoord de afgelopen 30 maanden?
Geen idee. Vaak, dat weet ik wel.
En het was ook vast goed bedoeld en gemeend.
Omdat mensen gewoon niet zo goed weten waar ze je mee kunnen helpen houden ze het maar algemeen.”Geef een gil hè” is een variatie op hetzelfde thema.

1001004006043268Maar in het begin kón ik het niet, en dat begin duurde het hele eerste jaar.
Ik was verdoofd, in shock en bellen was net als alle dagelijkse dingen eigenlijk gewoon al teveel van het goede. Initiatief tonen naar anderen toe daardoor ook een onmogelijke taak. De automatische piloot mijn beste vriend.

In het tweede jaar kwam ik er achter dat er heel veel achterstallig werk was.
Dingen die ik gewoon niet zag in het eerste jaar begonnen mij ineens op te vallen.
Een overwoekerde tuin, afgebladderd schilderwerk, een inboedel die door elkaar gesmeten leek, uitpuilende kasten waar het schone wasgoed zonder correcte coördinaten ingesmeten was, een berging waar alles lukraak door elkaar stond met de oude flessen van de afgelopen twee jaar in opgestapelde kratten.

Toen had ik wat meer moed om om hulp te vragen.
Maar waar ik was ontwaakt uit een ellendige  lange nachtmerrie, mijn weduwenwinterslaap, was het leven van de anderen om ons heen inmiddels allang weer in het normale stramien terug. Met drukke weekenden, vol sport, klussen en gezellige gezinsuitjes. Als ik dan belde met een klus was dat niet goed in te passen bij de meesten. En ik wilde weer niet telkens dezelfde lieverds belasten die wél voor ons klaar stonden.
Dus hield ik op met bellen en modderde in mijn eentje wat aan.

In het najaar van 2017 deed ik een kluscursus, je kunt maar beter wat vaardigheden aanleren dacht ik. Inmiddels al een paar keer lol van gehad. Goede zet geweest dus.

En naast de praktische dingen zijn er ook andere dingen waar je als verse, inmiddels ‘jong belegen’, weduwe best wat hulp bij kunt gebruiken.

Hulp bij verdrietige dagen, de geboortedag, sterfdag en dag van de uitvaart van mijn lief. Onze huwelijksdag. De verjaardag van onze dochter en mijn eigen verjaardag. Op die dagen is een kaartje echt met recht goud waard. Want wat zijn die dagen soms zwaar.

Hulp bij het onderhouden van sociale contacten. Ik krijg het soms gewoon nog steeds niet voor elkaar om bijzondere dagen te onthouden. Ik zet steeds meer in mijn telefoon maar zelfs als ik er een melding vooraf bij zet is dat geen garantie voor succes. Het deuntje gaat een dag voor de verjaardag, trouwdag, etc. En ik denk ‘Oh gelukkig dat ik deze melding krijg, zo even een kaart pakken’. Om dat te vergeten omdat….de bel gaat, ik even een boodschap moet doen, de wasmachine piept, een van onze katten overgeeft…..weet ik veel….ik heb een brein met zeefgaatjes. Niets beklijft. Klinkt als een derderangs excuus maar het is helaas bittere realiteit.

C6D31F07-ADFD-4BC2-A18D-1FAF55C6A64B

Hulp bij emoties handelen. Stabiele factor die ik altijd was, rots in de branding en harde schijf voor anderen. Poefffff…..weg.

Hulp bij ontspanning. Een keer samen naar de film met iemand of een avondje toneel. Samen lunchen. In je eentje is er werkelijk geen ruk aan. Echt niet.
In de foyer van een theater in je eentje met een bak koffie of een wijntje. Als één van jullie dat, als deel van een stel, meemaakt dan pakt 80% de mobiele telefoon om die vijf minuten wc-pauze van de ander door te komen. Toch?


Enfin, het is een heel lang verhaal geworden.
En eigenlijk komt het hier op neer.
Als je écht wilt weten wat je voor mij en anderen die hun partner verloren aan de dood kunt doen dan is er een hele leuk geschreven handleiding voorhanden.
Het is niet duur. Verkrijgbaar bij Bol, Bruna, de betere boekhandel.

Voor 6,95 weet je precies waar je een weduwe of weduwnaar mee kunt helpen.
Wat kan ik voor je doen – Karin Kuiper

En je kunt het ook gewoon aan me vragen hoor, want “Je mag me altijd bellen” 😉

 

 

 

Van stuiterbal tot zweefteef

In februari 2015 had ik het voorrecht om op retraite te gaan naar Huy in België, bij de lama’s van Yeunten Ling.

70F4C88E-42D6-465D-BDEF-A2F9C67C998C

Mijn omgeving lachte hier hartelijk om.
Want mij ‘in het nu’ krijgen zou wel eens een enorme uitdaging kunnen zijn.
Ik, die altijd heen en weer stuitert van verleden naar toekomst en weer terug.
Die de controle wil houden want oh jee wat zou er wel niet kunnen gebeuren als ik stil zou staan bij mijn gevoel.
Ik zag ertegen op. Kon ik dat wel, vier dagen van huis. Weg van mijn lief en onze dochter.
Geen internet, geen telefoon, geen tv, urenlang in stilte leven, geen contact met het thuisfront waar ik zo van hou.
Een strak dagschema. Helemaal volgepland met meditatiesessies, eetmomenten, lezingen, stiltewandelingen, yoga en….het ergste van alles….vanaf 20.30 uur iedereen verplicht naar de eigen kamer om tot jezelf te komen en te denken.
Brrrr……
En dat werd het, vooral qua temperatuur want de ruimtes waren niet verwarmd.
Wat was ik blij met het dikke gevoerde sweatvest en mijn joggingbroek met daaronder een skimaillot. ’s Nachts hield ik mijn sokken en dunnere joggingbroek aan in bed.

De controle was er voor iedereen direct vanaf aanmelding bij de receptie.
Er lag een grabbelbak met sleutels. Niemand wist waar hij terecht kwam. Ik kreeg een kamer met gedeeld sanitair. Anderen dachten dat ze beter af waren dan ik met een kamer voorzien van eigen sanitair. Achteraf bezien viel hen dat nog vies tegen. Bij sommigen letterlijk en figuurlijk. Want de kamers met eigen sanitair waren privéverblijven, waarbij niet iedere eigenaar er dezelfde hygiënestandaard op nahield.

Tijdens het avondeten bleek waar de gekleurde sleutelhangers voor waren. Die hadden te maken met de corveeploegen. Ik viel gelijk in de prijzen en mocht afwassen. De dagen erna bleek dat ik spekkoper was met de afwasbeurt na een broodmaaltijd. Zo zie je maar, soms lijkt het alsof je aan het kortste eind trekt en pakt het uiteindelijk juist goed uit.
De eerste les van dat weekend was binnen.

Die avond voelde ik mij enorm alleen op mijn koude kamer. Wat had ik Tjebbe graag even willen bellen. En Juul was dan misschien wel 16 maar haar niet welterusten kunnen wensen voelde raar. Ik ben gaan douchen om op te warmen en daarna met een boek mijn bed in gestapt. De wekker stond op 6 uur, dus de luiken gingen bijtijds dicht.

Op de tweede dag kregen we de vier edele waarheden te horen:
1. Het leven is van lijden doortrokken, zoals het fysiek en mentaal ervaren van tekort en verlies.

2. De oorzaken voor dit lijden zijn storende emoties zoals gehechtheid, afkeer en fundamentele onwetendheid. Deze vergiften laten sporen na in de geest. Hoe dieper deze sporen, hoe bepalender ze zijn voor onze toekomst.

3. Het is mogelijk om het lijden definitief te stoppen en blijvend geluk te ervaren.

4. De manier waarop we dat kunnen bereiken gebeurt in de eerste plaats door de fundamentele onwetendheid over onze eigen aard en die van de fenomenen op te heffen. De kern van deze onwetendheid is niet zien of willen zien dat er niets is dat op zichzelf bestaat. In de tweede plaats ontwikkelen we een ethisch gedragspatroon.

Na drie dagen vol met yoga, meditatie, stiltewandelingen, tai chi en boeddhistische lezingen gebeurde het. Ik kwam tot rust. En de medecursist die meereed met mij had hetzelfde ervaren. Zo druk als we samen kletsten op de heenweg en tijdens onze lunch in Huy, zo stil waren we op de terugweg. Ieder in onze eigen wereld. Nadenkend over wat we hadden beleefd, ervaren en gedacht. Erover praten was niet nodig. Sterker nog, dat wilden we niet.
Ik wilde de rust vasthouden. Koesteren. Voor mezelf houden. En raakte bij thuiskomst dan ook mild geïrriteerd toen Tjebbe me vroeg om uitgebreid te vertellen over wat ik had meegemaakt. Ik vroeg of dat de dag erna kon. Omdat ik rust nodig had. En verdween naar boven om in bad te zakken met een boek. Hij bracht me een grote bak thee en keek me verwonderd aan, schudde zijn hoofd en ging de trap weer af. Ik hoorde de tuindeur gaan. De volgende dag zag ik waarom. Hij had mijn Tibetaanse gebedsvlaggen in onze tuin opgehangen. ‘Zodat je ook Zen kunt worden in onze eigen tuin’. Lief!

Nu zijn we drieënhalf jaar verder. En voel ik me verre van Zen.
De klap kwam vlak na Huy. Ik verloor de liefde van mijn leven.
Tijdens onze kampeervakantie op onze favoriete stek in La Douce.


Van God in Frankrijk naar radeloosheid in één uur tijd.
De paniek en hectiek die direct daarna ontstond was verschrikkelijk maar hield me ook op de been. En duurde voort. Een uur werd een dag, een week, een maand, een jaar, twee jaar en nu….is het op.

Laatst vroeg iemand me waarom dat me verbaasde.
Ik had geen idee. Totdat hij me vroeg om eens op te schrijven wat er na en naast het verlies van Tjebbe nog allemaal op ons pad was gekomen. Ik ging zitten en schreef het op, als een to-do list maar dan anders:
– repatriëring
– uitvaart voor Tjebbe regelen en bijwonen – raar, intens, ongewild en ongewenst en toch
zo warm mogelijk en met alle liefde die ik in mij had voor hem
– gesprekken op school, werk, met vrienden en kennissen
– financieel overzicht krijgen;  gedoe met pensioenfondsen, banken, notaris,
belastingdienst, verzekeraars….met telkens gedoe als bonus erbij
– te horen krijgen dat ik een overmatige verkalking van mijn kransslagader heb en
waarschijnlijk angina zal ontwikkelen (erfelijk)
– schildklierontsteking, punctie, medicatie
– nieuw druk kitten in huis als afleiding, Juul had behoefte aan een maatje en ik ook
– keukenverbouwing, stond al gepland. Wat een werk en wat een emoties.
– klusprijs gewonnen, dus nieuwe ramen in de woonkamer en op de eerste verdieping
– Julia had klachten en moest voor hartonderzoek naar de cardioloog, dezelfde….
– bruiloft bijwonen, crematie bijwonen. Hoe alleen je je kunt voelen in een groep mensen
voelde ik voor het eerst écht
– met zijn tweetjes op vakantie naar onze gouden stek met een zwart randje
– Julia op de hartbewaking na hartritmestoornissen, ik logeerde bij haar
– hond in huis – de grap hierover is groot omdat Tjebbe altijd zei ‘hond erin dan ik eruit’.
We hadden zijn spreuk dus omgedraaid…hij zou er om kunnen lachen.
– darminfectie, ingreep, net op tijd
– gebroken voet, stressfractuur…tja…
– in mei knoop doorgehakt. Verhuizen was de beste optie. Dus huis bekijken, bieden,
kopen, verkopen, (op)ruimen, alle spullen door je handen, verhuizen en al het
vertrouwde samen opgebouwde achter je laten – in twee maanden tijd.
– kleding van Tjebbe opruimen en deels wegbrengen
– gereedschap, fiets, bbq en andere spullen van Tjebbe verkopen
– ontstoken heup op de dag van de verhuizing en nog weken daarna
– stedentrip naar Londen met Juul, op krukken vanwege de heup
– annuleren trip naar Dublin op Tjebbe’s verjaardag door de heupontsteking
– starten met opleiding psychologie, een lang gekoesterde droom waarmaken
– opstarten rouwcafé, eerste overleg staat gepland
– plannen reis naar de VS
– dealen met aanvullend verlies, dat van de verloren ‘vrienden’
Niets zo efficiënt als een groot verlies of ernstige ziekte om je te laten ervaren wie je écht bijstaan.

Om dan ineens te merken, na ruim twee jaar, dat het niet meer gaat. Het is op. Mijn lijf gooit de handdoek in de ring. Dankzij onze lieve hond kom ik buiten. Ondanks een ontstoken heup of gebroken voet zal ik moeten. Net als ik alles moet…
Mensen zeggen heel gemakkelijk ‘doe het wat rustiger aan’ of ‘ren jezelf niet zo voorbij’ en de ergste ‘het is wat het is’. Alsof ik dat niet weet! Ik ervaar dagelijks de confrontatie met hoe het is. Het is namelijk niet zoals ik wil. Niet meer zoals het was. Niet meer zoals ik het graag zou zien voor onze toekomst. Niet meer samen. Nooit meer samen. Niet alleen mijn liefste Tjebbe is weg. Ook de liefste vader. En onze toekomst samen. Met z’n drietjes en met z’n tweetjes. En wat doet dat zeer!

Ik beland op een vrijdagmiddag in een ambulance en vervolgens op de SEH en de hartIC. Mijn lijf schreeuwt dat het genoeg is geweest. Door de kachel eens flink op te stoken en mijn bloeddruk door het dak te laten gaan. Die nacht in het ziekenhuis was de hel op aarde. Als ik dacht dat ik me in Huy alleen voelde….die nacht in het ziekenhuis heb ik het verschil tussen alleen en eenzaam ervaren.

Er moet iets veranderen. Dit gaat niet goed. Ik zit thuis en moet pillen slikken om de bloeddruk te stabiliseren. Loop te stuiteren door de hoge bloeddruk en tegelijkertijd ben ik bekaf. Kom met moeite mijn bed uit. Door verschillende artsen wordt gemeld dat het nú tijd is om stil te staan bij het verlies. Rust te nemen. Te stoppen met rennen. Ik hak de knoop door en meld me aan voor een mindfulnesstraining die in januari start.
De cardioloog complimenteert me met deze stap maar is nog net iets veeleisender. Om te beginnen vindt hij het onder deze omstandigheden niet verstandig om de reis naar de VS te laten staan. Vooralsnog annuleren en in juni bekijken of het kan. Dat is een hele grote domper. En niet alleen voor mij.
Daarnaast vindt hij vindt een coachingstraject op zijn plaats. Als de huisarts en bedrijfsarts dit onderschrijven kan ik niet anders dan toegeven dat ze misschien wel gelijk hebben. Want dat ik het op dit moment niet red is me wel duidelijk. Niet slapen, veel piekeren, bloeddruk die ondanks medicatie niet te temperen is, onrust, extreme moeheid, er de lol gewoon niet meer van in zien. ‘Ga wat leuks doen’ wordt gezegd. En ik kan gewoon níks leuks bedenken. De glans is eraf. En laten we vaststellen dat ik de afgelopen twee jaar mijn stinkende best heb gedaan, ik heb uit alle macht gepoetst om wat glans terug te wrijven maar het lukt me gewoon niet. Des te harder ik het probeer des te minder het me lukt. Toegeven dat het niet gaat is ook kracht tonen.


Komende donderdag staat de intake gepland voor het coachingstraject. Weer iets waar ik tegenop zie, net als toen bij Yeunten Ling. Hoewel ik dit keer meer vertrouwen in mezelf heb dan toen. Want dat ik een overlever ben is inmiddels wel duidelijk. Ik ben gegroeid, op alle fronten. Ken mijn eigen kracht maar ook mijn eigen zwaktes. Zelfreflectie is belangrijk. En daarom ga ik dit traject in, full force en met vertrouwen. Ik kom er wel. Kruipend kom je ook vooruit, toch?

 

 

 

De ‘samen 100’ niet gehaald

We hielden wel van een feestje.
Niet te extreem, gewoon met een klein groepje lieve vrienden en onze kleine familie.
Onze trouwdag was daar een mooie weerspiegeling van.
Ja er was een receptie, niet geheel uit vrije wil maar meer voor de vorm.
En degene die die vorm belangrijk vond mocht het van jou ook financieren, een compromis á la Tjebbe.
Geen feest, geen sketches, geen gedoe.
Wel een overheerlijk diner aan een mooie tafel, zodat we met iedereen konden praten.
Het alfabet wat de gasten voor ons hadden samengesteld heb ik nog liggen en laatst nog doorgelezen. Niet iedereen die meeschreef is nog onder ons. Helaas.
Je bent daarboven in goed gezelschap denk ik dan maar.

Tijd. Wat een raar iets eigenlijk. BF1869DE-B28A-48A2-837B-677AC5421E00
Het tikt voort, vaak kijk je de klok vooruit – als je jong bent en naar je verjaardag uitkijkt bijvoorbeeld.
Als we ouder worden zetten we diezelfde klok graag stil, om in het moment te blijven, te genieten. En juist dan vliegen de dagen, weken, maanden en jaren voorbij.
Terugblikken is iets wat ik in de afgelopen twee jaar veel heb gedaan. Herinneringen ophalen, ’s avonds alleen in bed terugdenken aan die mooie jaren. En soms huilend in slaap vallen omdat het me dan ineens weer zo overvalt dat je er de rest van mijn jaren niet meer bij bent.

We hadden nog zoveel plannen samen. Een toekomst voor ons. In één klap weggevaagd. Grote plannen maar ook kleintjes. Zoals een gezamenlijk feest in juni 2017, op het strand, met lieve vrienden en dat kleine plukje aan overgebleven familie. Om het leven te vieren, ons ‘samen 100’-feestje. Locatie wisten we ook al. Het mocht niet zo zijn.

Vanavond blijf ik niet zoals alle jaren hiervoor stiekem wakker tot 24.00 uur om jou te feliciteren en je een plaagcadeautje te geven. Wat mis ik dat ook. Die kleine grapjes tussen ons tweeën. Vanmiddag hebben Juul en ik bloemen naar jou toe gebracht, zodat je toch vast een cadeautje hebt. En een verjaardagskaart voor een 50-jarige. Want plagen blijf ik je natuurlijk gewoon wel.

Juul en ik hebben samen plannen voor morgen. Een alternatief voor ons oorspronkelijke idee om naar Dublin te gaan en daar in jouw voetsporen te treden. Ouderdom komt met gebreken en mijn heup gooide roet in ons feesteten.
Het wordt nu een dagje Amsterdam. Ergens koffie en misschien een lunch en daarna de Heineken Experience beleven. ’s Avonds gaan we met jouw ouders eten.
Samen het glas heffen op jou mijn lief.

Hier en daar wordt het slikken. Maar ook morgen nemen we jou mee in ons hart lieve Tjebbe. Ik hou me vast aan onze liefde voor elkaar.
Jij kunt hem me nu dan niet meer tonen maar je hebt me zoveel liefde gegeven in de tijd die wij samen waren, dat koester ik. Je was, bent en blijft mijn grote liefde – altijd!